Commando’s voor de algemene zichtbaarheid van klassen en lagen

Commando

Locatie

Klasse-instellingen

Laaginstellingen

Weergave

Contextmenu document

Met de commando’s Klasse-instellingen en Laaginstellingen regelt u hoe de klassen en ontwerplagen in uw tekening worden weergegeven. U kunt bijvoorbeeld bepalen dat enkel de actieve klasse in uw tekenproject zichtbaar is. Alle objecten met een andere klasse worden in dat geval tijdelijk verborgen. Wanneer u een andere klasse activeert, worden de objecten van de nieuwe actieve klasse weergegeven en alle andere objecten verborgen. Het weergeven van, grijpen naar en bewerken van objecten in de huidige klasse of ontwerplaag zal hierdoor makkelijker verlopen.

Deze commando’s bepalen de hoogst toegelaten zichtbaarheid van niet-actieve klassen en lagen. Individuele niet-actieve klassen en lagen kunnen steeds een “lagere” zichtbaarheid krijgen (onzichtbaar of grijs) door middel van de Zichtbaarheidskolommen of Zichtbaarheidskolommen. Een “hogere” zichtbaarheid kan echter niet: als de klasse-/laaginstellingen ingesteld zijn op Toon alleen actieve, Toon andere grijs of Toon andere grijs/grijp naar andere, dan is het niet mogelijk om niet-actieve klassen/lagen weer te geven met hun normale zichtbaarheid (zie Concept: De zichtbaarheid van elementen in de tekening).

Objecten die zowel tot de actieve klasse en de actieve laag behoren, worden altijd weergegeven met hun normale zichtbaarheid.

Om de opties voor de weergave, het grijpen naar en bewerken van objecten in de actieve klasse of ontwerplaag te wijzigen:

Selecteer het commando en daarna de gewenste zichtbaarheidsinstelling.

Commando

Omschrijving

Sneltoets

Toon alleen actieve

Alleen de actieve klasse/laag wordt getoond (en geprint), alle andere klassen/lagen worden verborgen.

Ctrl+Shift+Alt+3 (klassen, Windows)

Cmd+Shift+Option+3 (klassen, Mac)

Ctrl+Alt+3 (lagen, Windows)

Cmd+Option+3 (lagen, Mac)

Toon andere grijs

De actieve klasse/laag wordt in kleur getoond en kan worden bewerkt. Andere klassen/lagen die de status Zichtbaar of Grijs hebben worden grijs getoond en kunnen niet worden bewerkt.

Ctrl+Shift+Alt+4 (klassen, Windows)

Cmd+Shift+Option+4 (klassen, Mac)

Ctrl+Alt+4 (lagen, Windows)

Cmd+Option+4 (lagen, Mac)

Toon andere grijs/Grijp naar andere

De actieve klasse/laag wordt in kleur getoond. Andere klassen/lagen die de weergave-instelling Zichtbaar of Grijs hebben, worden in het grijs getoond. U kunt grijpen naar objecten van andere klassen/lagen, maar enkel de actieve klasse/laag kan worden bewerkt.

Ctrl+Shift+Alt+5 (klassen, Windows)

Cmd+Shift+Option+5 (klassen, Mac)

Ctrl+Alt+5 (lagen, Windows)

Cmd+Option+5 (lagen, Mac)

Toon andere

Alle klassen/lagen worden getoond zoals ze zijn ingesteld (Zichtbaar, Onzichtbaar of Grijs), alleen de actieve klasse/laag kunt u bewerken.

Ctrl+Shift+Alt+6 (klassen, Windows)

Cmd+Shift+Option+6 (klassen, Mac)

Ctrl+Alt+6 (lagen, Windows)

Cmd+Option+6 (lagen, Mac)

Toon/Grijp naar andere

Alle klassen/lagen worden getoond zoals ze zijn ingesteld (Zichtbaar, Onzichtbaar of Grijs), alleen de actieve klasse/laag kunt u bewerken. De intelligente aanwijzer geeft punten aan en grijpt naar punten in alle zichtbare en grijs weergegeven klassen/lagen. maar enkel de actieve klasse/laag kan worden bewerkt.

Ctrl+Shift+Alt+7 (klassen, Windows)

Cmd+Shift+Option+7 (klassen, Mac)

Ctrl+Alt+7 (lagen, Windows)

Cmd+Option+7 (lagen, Mac)

Toon/Grijp naar/Bewerk andere

Alle klassen/lagen worden getoond zoals ze zijn ingesteld (Zichtbaar, Onzichtbaar of Grijs). U kunt grijpen naar alle zichtbare en/of grijs weergegeven klassen/lagen, alleen de zichtbare klasse/lagen kunt u bewerken. (Een object op een andere laag kan enkel bewerkt worden op voorwaarde dat het object in kwestie en de actieve laag dezelfde schaal hebben.) Vergrendelde objecten worden grijs weergegeven.

Ctrl+Shift+Alt+8 (klassen, Windows)

Cmd+Shift+Option+8 (klassen, Mac)

Ctrl+Alt+8 (lagen, Windows)

Cmd+Option+8 (lagen, Mac)

De huidige klasse of ontwerplaag wordt met de ingestelde zichtbaarheid weergegeven.